Economie in Italië en Frankrijk voeden anti-Europees gevoel

De nasleep van de crisis is voelbaar bij de Franse verkiezingen van aanstaande zondag. In Italië zal dat volgend jaar zeker het geval zijn. De sociaal economische ontwikkelingen voor de laagopgeleiden, ouderen en mensen met lager inkomen zijn in de afgelopen jaren achteruit gegaan in Italië. In Frankrijk zijn deze ook niet verbeterd, en het sentiment over de levensstandaard in het land is zeer somber. Dit gaat gepaard met een grotere anti-Europese stem, terwijl dat in het sterker groeiende Duitsland bijna niet aan de orde is. Dit stelt het ING Economisch Bureau in een vandaag uitgebrachte studie.

Verklaren de economische omstandigheden het populisme? Op basis van vijf Europese landen die in 2017 en 2018 verkiezingen hebben (Duitsland, Frankrijk, VK, Italië en Nederland) lijkt er een samenhang te zijn.

Bert Colijn van het ING Economisch Bureau: “In Frankrijk zien we dat vooral het sentiment negatief is. Hoewel de economische situatie redelijk is vergeleken met andere landen, staat de groei voor sommige groepen echter wel al een tijd stil. De werkloosheid onder de laagopgeleiden loopt nog steeds op en het vermogen van de Fransen heeft tijdens de crisis een forse knauw gekregen. Colijn vervolgt: “De grote steun voor Europa-kritische partijen in Italië is goed te verklaren. De reële lonen liggen voor alle opleidingsniveaus nog steeds ver onder het niveau van 2008. Italianen vinden sinds de crisis begonnen is in toenemende mate dat zij weinig van de EU profiteren en hebben last van globalisering.

In Duitsland is het herstel na de crisis sterk geweest, dat zie je ook terug in de peilingen voor de aanstaande verkiezingen. Ook al zijn er ook in Duitsland zeker sluimerende problemen, is er met een record-lage werkloosheid weinig reden om voor een radicaal andere koers te pleiten.”

Nasleep crisis draagt bij aan radicalere stem

Uiteraard zijn er non-economische factoren die de stem voor populisten voeden, maar de economie speelt wel degelijk een rol. In de eerste jaren na een economische crisis wordt vaker op politieke partijen gestemd die verder van het midden liggen. In de afgelopen tijd is het populisme fors in opkomst geweest. Dit heeft voor een aantal verrassende verkiezingsuitslagen gezorgd, zoals bij de presidentsverkiezingen in de VS. De laagopgeleiden en de ouderen stemmen bovenmatig voor een andere koers die door populisten beloofd wordt. Het zijn juist deze groepen in Italië en Frankrijk die zeer negatief zijn over hun persoonlijke financiën en weinig vertrouwen hebben in de toekomst.

Economisch herstel is nog niet voor iedereen voelbaar

Vooral in Italië zijn grote bevolkingsgroepen erop achteruit gegaan sinds de crisis en is de ongelijkheid toegenomen. In Duitsland daarentegen is de economie in de afgelopen jaren sterk hersteld en lijkt de steun voor traditionele partijen dan ook groot te blijven. Zeker in Italië en Frankrijk is het sentiment van de Europese bevolking richting de Europese Unie en instituties zoals de euro en de Europese Centrale Bank sterk gedaald sinds de start van de economische crisis en wordt ook globalisering als negatief ervaren.

Het is dan ook niet vreemd dat dit de centrale thema’s in de verkiezingen zijn geworden. Het lijkt erop dat economisch herstel voor een verbetering in de beleving van deze thema’s kan zorgen. In zowel Frankrijk als Italië kan het herstel dat ook voor de kwetsbaardere groepen merkbaar is, echter nog wel even duren.

Bron: ING Economisch Bureau