Forse toename eigendomsoverdrachten bij familiebedrijven

- Ruim 85.000 familiebedrijven in Nederland bezig met het proces van eigendomsoverdracht
- Geen blauwdruk voor eigendomsoverdracht binnen de familie
- Verkoop aan strategische partner of private equity is reële optie voor familiebedrijven

Al geruime tijd is er onzekerheid bij familiebedrijven over de Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR). Ongetwijfeld heeft dit ertoe geleid dat bijna de helft van de familiebedrijven de laatste vijf jaar een eigendomsoverdracht heeft meegemaakt. Op dit moment zijn ruim 85.000 familiebedrijven (29%) bezig met het proces van eigendomsoverdracht. Hoewel 50% van de eigenaren wenst dat het familiebedrijf in familiehanden blijft, is het niet vanzelfsprekend dat het eigendom wordt overgedragen naar de nieuwe generatie. Externe overdracht aan een strategische koper (16%) of private equity (5%) zijn reële opties. Dat blijkt uit onderzoek van Nyenrode Business Universiteit, in samenwerking met RSM en Van Lanschot Kempen onder 232 familiebedrijven.

Prof. dr. Roberto Flören, RSM-hoogleraar Familiebedrijven en Bedrijfsoverdracht bij Nyenrode Business Universiteit: “Ruim drie kwart van de bedrijven die nu bezig is met de planning verwacht dat de eigendomsoverdracht voor het eind van 2024 is afgerond. Veel familiebedrijven (73%) hebben meerdere eigenaren waardoor er bij deze bedrijven regelmatig een eigendomsoverdracht tussen de eigenaren plaatsvindt. Maar onzekerheid over de BOR-wetgeving speelt ook een rol.”

Eigendomsoverdracht binnen de familie

Bij veel familiebedrijven wordt de eigendomsoverdracht los gezien van het werkzaam zijn in het bedrijf. Uit het onderzoek blijkt dat er verschillend wordt gedacht over de vraag wie van de kinderen in aanmerking komt voor het familiebedrijf. Opvallend is dat in dezelfde situaties eigenaren andere keuzes maken. Wanneer alle kinderen in het familiebedrijf werken draagt 66% de eigendom over aan alle kinderen, terwijl 12% de eigendom niet aan alle kinderen overdraagt.

In het geval dat niet alle kinderen in het familiebedrijf werken, maar dit wel overwegen, dan draagt 40% de eigendom over aan alle kinderen en 32% aan enkel de kinderen die in het bedrijf werken. Als kinderen niet in het familiebedrijf werken en dit ook niet willen dan draagt slechts 22% de eigendom over aan alle kinderen, terwijl 52% de eigendom overdraagt aan de kinderen die wel in het bedrijf werken.

Mr. Laura Bles-Temme, Co-managing Partner RSM Netherlands: “De overdracht van de eigendom van een familiebedrijf is een onvermijdelijk onderdeel in de levensfase van bedrijven. Daarbij spelen niet alleen rationele maar zeker ook emotionele afwegingen een grote rol. Bij een overdracht aan familie kan onder voorwaarden gebruik gemaakt worden van de BOR en doorschuiffaciliteiten. Dit heeft grote impact op de hoeveelheid belasting die betaald moet worden en dit speelt vaak een wezenlijke rol in een traject van bedrijfsoverdracht. Zekerheid over de financiële gevolgen is voor deze families van zeer groot belang.”

Externe eigendomsoverdracht

Bijna 50% van de eigenaren wenst dat het bedrijf volledig in familiehanden blijft. Toch bestaat de vanzelfsprekendheid dat de eigendom van het bedrijf overgaat van de ene generatie op de volgende generatie er niet meer. Een op de zes (16%) familiebedrijven geeft aan dat de eigenaren de eigendom wensen te verkopen aan een strategische partner. Ook gedeeltelijke verkoop aan private equity (5%) is een reële optie. Belangrijke overwegingen voor externe overdracht zijn onder meer de groei van het bedrijf, toekomstverwachtingen van de branche en capaciteiten en interesses van de nieuwe generatie. Maar ook kan de verkoopopbrengst belangrijk zijn voor een goede oudedagsvoorziening. Bijna 20% van de eigenaren van familiebedrijven is afhankelijk van de verkoopopbrengst voor hun oudedagsvoorziening. Van deze groep geeft 27% aan dat zij de eigendom willen verkopen aan een externe koper.

“Sommige eigenaren zijn bereid en soms ook genoodzaakt om te kijken naar eigenaarschap buiten de familie. Bij gezamenlijk eigenaarschap van familieleden en externen is de dynamiek tussen de eigenaren extra uitdagend. Het kost de nodige inspanning om bijvoorbeeld de gezamenlijke visie van alle eigenaren te ontwikkelen,” aldus prof. dr. Marta Berent-Braun, Van Lanschot Kempen-hoogleraar Familiebedrijven en Eigendomsdynamiek bij Nyenrode Business Universiteit.

Familievermogen en vermogensplanning

Als familiebedrijven ervoor kiezen om de eigendom niet naar alle kinderen over te dragen, zijn er soms mogelijkheden om de andere kinderen te compenseren door overdracht van andere vermogensbestanddelen, zoals beleggingen of vastgoed. 66% van de eigenaren vindt dat hun kinderen ieder een even groot deel van het totale vermogen moet krijgen, 16% is het daar niet mee eens. Hoewel twee derde stelt dat kinderen die geen eigendom verkrijgen in het bedrijf op een andere wijze worden gecompenseerd, is bij 43% van de familiebedrijven niets geregeld ter compensatie van de kinderen die geen eigenaar worden. Bij bijna de helft van de familiebedrijven wordt gesteld dat de eigenaren meer aandacht moeten besteden aan het plannen van het vermogen.

Mark Buitenhuis, Managing Director Private Banking Regio’s Nederland bij Van Lanschot Kempen : “Dat familiebedrijven vermogensplanning belangrijk vinden herkennen wij uit de praktijk. We doen dat met regelmaat voor onze relaties. Het onderzoek wijst echter uit dat families dit nog te weinig daadwerkelijk doen, ook al wordt het belang hiervan onderkend. Een goede vermogensplanning geeft families overzicht, rust en flexibiliteit, waarbij behoud en groei van het vermogen voor de lange termijn gewaarborgd kan worden, ook over generaties heen."