'Waarom één loonkloofcijfer weinig zegt over gelijke beloning'

Nog te vaak wordt een algemeen percentage gepubliceerd om de loonkloof aan te duiden. Dit is ook het geval bij de publicatie van het CBS , die gebaseerd is op minder recente cijfers uit 2024. Wie serieus werk wil maken van gelijke beloning, moet uitgaan van één simpel principe: gelijk loon voor gelijk werk . Dat betekent ook dat dezelfde functies moeten worden vergeleken, in plaats van gemiddelden die verschillende banen en sectoren op één hoop gooien.

Onderzoek van MKB Servicedesk en Van Spaendonck Groep, gebaseerd op ruim 1,2 miljoen actuele geanonimiseerde loonstroken in het mkb, laat zien dat gemiddelden een vertekend beeld kunnen geven. Na correctie voor factoren als functie, sector, leeftijd en ervaring blijft er een onverklaarbare loonkloof van 1,31% over, maar daarachter schuilen grote verschillen. Zo verdienen vrouwelijke directeuren gemiddeld 15% minder dan hun mannelijke collega’s, oplopend tot bijna 27% in de zakelijke dienstverlening. In technische leidinggevende functies, zoals projectleiders en projectmanagers, lopen de verschillen op tot 25%. Tegelijkertijd zien we dat in meer dan de helft van de meest voorkomende mkb-functies de lonen van mannen en vrouwen niet significant afwijken, en dat jonge werknemers vrijwel geen loonkloof kennen.

Juist deze contrasten onderstrepen waarom functiegerichte analyses essentieel zijn. Alleen door beloning per functie transparant te maken, kunnen werkgevers gericht werken aan gelijke beloning en voorkomen we dat gemiddelden de echte ongelijkheid maskeren.