Schroders: Drie redenen waarom wereldwijde economische groei in 2018 en 2019 lager uitvalt

Keithwade
Keith Wade

De wereldwijde economische groei blijft robuust, maar Schroders stelt wel haar prognose voor 2018 neerwaarts bij van 3,5% naar 3,4%. Dit is grotendeels toe te schrijven aan de trage start dit jaar in veel economieën, de hogere olieprijzen en de toegenomen bezorgdheid over de handelsbetrekkingen tussen de VS en China, stelt Keith Wade, hoofdeconoom van Schroders in de nieuwste Economic and Strategy Viewpoint.

Schroders verwacht dat de economische groei in 2019 3,2% bedraagt (was 3,3%) gezien het tempo waarin de economische activiteit gedurende het jaar afkoelt. Ook de inflatieprognose voor 2018 is bijgesteld van 2,4% naar 2,7%, voornamelijk als gevolg van de hogere olieprijzen. In de Verenigde Staten, die op volle toeren draaien, verwacht Schroders dat de kerninflatie de komende twee jaar zal toenemen.

Omslagpunt bereikt

De nieuwste prognose van Schroders markeert een keerpunt, aangezien het de eerste keer is sinds september 2016 dat de verwachting voor de wereldwijde groei neerwaarts wordt bijgesteld. Het herstel van de wereldeconomie leidde tot een reeks opwaarderingen waarbij de wereldwijde groei in 2017 piekte tot 3,3%, de sterkste groei van de afgelopen zes jaar. Naast een gunstig inflatiepercentage droeg dit bij aan een stijging van risicodragende activa. De prognose voor 2018 blijft robuust op 3,4%, dus in combinatie met de prognose van Schroders voor een oplopende inflatie zou nog steeds gesteld kunnen worden dat de wereldeconomie zich in de expansiefase of reflatiefase van de cyclus bevindt. De vooruitzichten wijzen er echter op dat de wereldeconomie eind 2018 richting een meer stagflatoire richting gaat, naarmate de groei afkoelt en de inflatie stijgt.

Er zijn drie fundamentele redenen waarom de wereldeconomie op een keerpunt staat:

Indicatoren maken omslag

In de eerste plaats maken de activiteitsindicatoren in maart en april een omslag. De inkoopmanagersindices, de ISM-indices in de VS en enquêtes in de verscheidene landen laten in deze periode allemaal een neergang zien, wat wijst op een teruglopende economie.

Hogere olieprijzen

Ten tweede zal de koopkracht van de consument afnemen door de stijgende energiekosten. De spotprijs van WTI-olie is dit jaar tot nu toe met 17% gestegen door een combinatie van sterke OPEC-discipline en speculatie (die uiteindelijk juist bleek te zijn) dat president Trump een einde zou maken aan het nucleaire akkoord met Iran. Door het opnieuw instellen van sancties zal het Iraanse aanbod van olie van de markt verdwijnen. Andere olieproducenten zullen in dit gat springen om het verlies van een miljoen vaten per dag op te vangen. In macro-economisch opzicht zijn er winnaars en verliezers, aangezien hogere olieprijzen leiden tot een herverdeling van inkomsten van consumenten naar producenten. Bezuinigingen bij consumenten komen sneller tot stand dan extra uitgaven bij producenten, met als gevolg dat de totale groei afneemt.

Handelsconflict China - VS

De derde factor die de prognose van Schroders beïnvloedt, is de handelsspanning die het gevolg is van het streven van president Trump om Amerika op de eerste plaats te zetten. Eerder zag Schroders de houding van de VS als een onderhandelingspositie die gebonden was aan de tussentijdse verkiezingen in november. Dit is nog steeds ten dele het geval, maar de verschillen tussen de VS en China op het gebied van kwesties zoals intellectuele eigendom (IP) zijn van dien aard dat het geschil kan voortduren tot in 2019. Volgens Wade is dit geen handelsoorlog, maar een langdurige impasse tussen de twee grootste economieën ter wereld. Wat de impact betreft, zal de onzekerheid over de toekomstige handelsbetrekkingen waarschijnlijk een rem zetten op beslissingen om personeel in dienst te nemen en te investeren.

(Nog) geen recessie in VS

Volgens Schoders zal er (voorlopig) geen recessie komen in de VS, wat betekent dat de huidige cyclus de langste zal worden sinds de periode 1991-2001. Dat is een prestatie van formaat maar het lijkt onwaarschijnlijk dat de expansie van de VS nog aanzienlijk langer zal doorgaan aan na dit decennium. Door een krapper monetair beleid en het beëindigen van de budgettaire stimuleringsmaatregelen zal er in 2020 een gat in de Amerikaanse vraag ontstaan, waardoor een recessie zeer waarschijnlijk wordt. Dit komt overeen met een verdere afvlakking en omkering van de rentecurve in 2019.