Superieure groei in India en Indonesië

Auteur: Joep Huntjens, Hoofd Portefeuillemanager van Asian Debt Hard Currency & EM Corporate Debt bij NN Investment Partners

Joephuntjens
Joep Huntjes

De Chinese economie is dit jaar opvallend stabiel gebleven. De economie groeide in het derde kwartaal met 6,7%, exact hetzelfde percentage als in de voorgaande drie maanden en het kwartaal daarvoor. De PMI van de verwerkende industrie, een belangrijke factor voor het beleggerssentiment, steeg gedurende het grootste deel van dit jaar, terwijl er in de tweede helft van 2015 was er nog sprake van een afname. Door deze consistentie zijn beleggers gerust gesteld en hebben Aziatische dollar obligaties dit jaar tot oktober een rendement van 8,2% opgeleverd.

Het probleem is dat China is blijven vertrouwen op stimuleringsmaatregelen van de overheid - en het oppompen van de schuld - om de economische groeidoelstellingen te halen. Sinds de wereldwijde financiële crisis is de totale schuld verviervoudigd tot 250% van het BBP . De stijging van de Chinese schuld komt vooral door kredieten aan het bedrijfsleven en het niveau is ruim hoger dan voor andere opkomende markten (en overtreft zelfs ontwikkelde economieën).

De focus van China om economische groei te stabiliseren heeft beleidsmakers ertoe genoodzaakt om de cruciale markthervormingen op de lange baan te schuiven. Dit is het meest zichtbaar bij de staatsbedrijven. Deze sector was in het verleden de spil in het industriële overheidsbeleid dat werd ingezet om de ontwikkelingsdoelstellingen te halen. Staatsbedrijven zijn niet onderhevig aan de concurrentie druk die in de private sector aanwezig is en kampen vaak met aanzienlijke overcapaciteit. Daardoor bedroeg het rendement op activa voor staatsbedrijven in 2015 naar schatting een magere 2,8%, versus 10,5% voor de bedrijven in de private sector.

Tot nu toe pakt Peking het probleem van inefficiëntie vooral aan door grote bedrijven samen te voegen tot nog grotere ondernemingen. Sinds eind 2014 is er voor circa USD 1 biljoen aan fusies aangekondigd. Maar dit zal de onderliggende oorzaak van de overcapaciteit en inefficiënte allocatie waarschijnlijk niet wegnemen. Massaontslagen zijn onwaarschijnlijk, aangezien China vreest dat die tot sociale onrust zullen leiden. Op lange termijn zullen de verliesgevende staatsbedrijven moeten inkrimpen en werknemers geleidelijk naar de snel groeiende Chinese consumenten- en dienstensectoren worden overgeheveld.

Om een afname van de economische groei te voorkomen, heeft China het investeringstempo van haar staatsbedrijven dit jaar juist opgevoerd. Wij hadden liever gezien dat China een lagere, maar meer hoogwaardige economische groei had geaccepteerd in plaats van laagwaardige en niet-duurzame groei na te streven die is gebaseerd op nog meer schulden.

Terwijl China worstelt met de hervormingen, hebben de Aziatische buurlanden India en Indonesië dit jaar verregaande verbeteringen doorgevoerd. De Indiase premier Narendra Modi werkte samen met de oppositie aan een nieuwe faillissementswet, terwijl de langverwachte invoering van een BTW heffing werd aangenomen. Deze wet moet het huidige scala aan indirecte belastingen onderbrengen in één belasting.

Net als Modi moest ook de Indonesische president Jokowi in zijn eerste twee jaar politieke obstakels overwinnen. Hij deed dit door het kabinet te herschikken en door technocraten te benoemen op sleutelposities. Dit heeft zijn vruchten afgeworpen: sinds juli dit jaar heeft de overheid meer dan USD 7 miljard aan de schatkist toegevoegd met de invoering van ‘s werelds meest succesvolle fiscale inkeerregeling.

India en Indonesië hebben andere uitdagingendan China. Volgens sommigen is het verbeteren van de infrastructuur en bureaucratische processen relatief eenvoudig. Maar in tegenstelling tot China, hebben overheden in India en Indonesië aanzienlijk minder controle over investeringsbeleid vanwege de minder prominente rol van staatsbedrijven. Zij zullen belastingopbrengsten moeten verhogen en een groter deel daarvan alloceren aan infrastructuur investeringen. Daarnaast moeten private partijen tot investeringen in hun landen worden overgehaald.

Zowel India als Indonesië behaalden een hoge groei door een sterke private consumptie in plaats van overheidsuitgaven en oplopende schulden. India groeide 7,9% in het eerste kwartaal en 7,1% in het tweede kwartaal, terwijl Indonesië dit jaar gemiddeld ongeveer 5% is gegroeid. De invoering van de hervormingen zal hun economische groei waarschijnlijk verbeteren en, belangrijker nog, resulteren in een kwalitatief hoogwaardige en duurzame groei.

Analist.nl Nieuwsdienst: +31 084-0032-842
nieuws@analist.nl

Copyright analist.nl B.V.
All rights reserved. Any redistribution, duplication or archiving prohibited. Analist.nl doesn't warrant the accuracy of any News Content provided and shall not be liable for any errors, inaccuracies or for any actions taken in reliance thereon.