Pimco: Herstel Duitse economie afhankelijk van handelsconflict

De Duitse economie kan in 2020 geleidelijk herstellen, maar is daarin deels afhankelijk van ontwikkelingen rondom het handelsconflict. Dat stelt Nicola Mai, portfoliomanager bij vermogensbeheerder Pimco.

De afgelopen 15 jaar presteerde de Duitse economie uitzonderlijk goed, zeker in verhouding met omringende eurolanden die gebukt gingen onder de kredietcrisis. “Maar in een wereld die steeds protectionistischer wordt en bovendien lijdt onder escalerende handelsspanningen, had de Duitse economie het de afgelopen tijd zwaar en”, zo stelt Mai, “wankelt zelfs op de rand van een recessie.”

Desondanks voorziet Mai voor 2020 een voorzichtige groei van de Duitse economie, doordat handelsspanningen volgend jaar vermoedelijk afnemen en de verruimende maatregelen van de Europese Centrale Bank effect krijgen. Desalniettemin liggen er voor de Duitse economie ook nog risico’s in het verschiet, die een eventuele recessie tevens kunnen verlengen:

Wereldwijde handelsoorlogen: Export vertegenwoordigt ongeveer de helft van de Duitse economie, waardoor het land extra gevoelig is voor het wereldwijde handelsconflict. Enige verlichting van de spanningen tussen de VS en China zou de vooruitzichten moeten helpen, maar Pimco verwacht geen spoedige oplossing. Spillover naar diensten: Hoewel de Duitse dienstensector het beter heeft gedaan dan de industrie, zijn er tekenen dat de industriële zwakte steeds meer naar de rest van de economie uitlekt.

Structurele problemen: Het verkopen van auto's kan in de toekomst uitdagender worden omdat meer generaties afzien van het bezit van een auto, of kiezen voor elektrische voertuigen, waar andere landen momenteel vooroplopen op het gebied van technologie. Naarmate westerse economieën minder kapitaalintensief en meer technologieafhankelijk worden, kan de vraag naar industriële machines worden aangetast.

Buurlanden: Duitsland hoeft niet te rekenen op hulp van Europese buren, omdat die evenmin tekenen van groei tonen. Zo ervaart Italië een structurele tegenwind, herbouwt Frankrijk aan het verloren concurrentievermogen en groeit de Spaanse economie, maar is deze te klein om de gehele regio uit het dal te tillen.

Een ruimer begrotingsbeleid zou positief uitpakken voor de noodlijdende economie van Duitsland, temeer omdat het land het zich kan veroorloven met een begrotingsoverschot van ongeveer 1,5% van het bbp. Maar door recente opmerkingen van Duitse functionarissen is daarvan nog geen sprake, stelt Mai. “Onze verwachting is bevestigd dat een verschuiving in het Duitse begrotingsregime waarschijnlijk niet snel zal plaatsvinden.”