De verkiezingen in het Verenigd Koninkrijk op 12 december kunnen eindelijk de langverwachte duidelijkheid brengen over Brexit, of het kan een langere periode van onzekerheid en verwarring opleveren.
Quentin Fitzsimmons |
De verkiezingen kunnen drie potentiële resultaten opleveren:
1- 50% kans: De Conservatieven winnen een algemene (maar waarschijnlijk bescheiden) meerderheid. Vervolgens duwen zij ofwel de bestaande overeenkomst van Boris Johnson door het Parlement of proberen zij hun versterkte positie te gebruiken om met de EU te onderhandelen over een betere uittredingsovereenkomst, ondersteund door de hernieuwde dreiging om zonder overeenkomst uit de EU te vertrekken. Hoe dan ook, het VK verlaat de EU op 31 januari 2020.
2 - 30% kans: De Labour Party wint de verkiezingen (onwaarschijnlijk) of is de grootste partij in een coalitieregering. Jeremy Corbyn wordt premier en probeert te onderhandelen over een ‘betere’ (lees: soft) Brexit-deal met de EU. Er wordt dan een referendum gehouden over die overeenkomst, waarvoor een verlenging van de Brexit tot ten minste medio 2020 nodig zal zijn.
3 - 20% kans: De Conservative Party slaagt er niet in een algemene meerderheid te krijgen en vormt een coalitieregering. Aangezien er algemene verkiezingen zijn gehouden en het niet is gelukt duidelijkheid te scheppen, zal de enige optie voor de regering zijn om opnieuw een referendum uit te schrijven, waarbij de Britten hoogstwaarschijnlijk een keuze kunnen maken uit de overeenkomst van Boris Johnson, no deal, of blijven in de EU. Wat zouden de implicaties voor de financiële markten zijn van de drie mogelijke verkiezingsresultaten?
Een conservatieve meerderheidsregering zou haar uitgavenplannen doorzetten, wat waarschijnlijk de Britse economie zou stimuleren en de rendementscurve van Britse Gilts zou versteilen. Dit optimisme kan echter gedrukt worden door hernieuwde vrees voor een harde Brexit, die op het Britse pond zou wegen. Het wegnemen van het vooruitzicht dat een linkse regering de belastingen zou verhogen en de belangrijkste industrieën zou willen nationaliseren, zou aandelen, met name in de nutssector, de financiële sector en de vastgoedsector, een boost kunnen geven.
Een door Jeremy Corbyn geleide regering zou de overheidsbestedingen flink opvoeren om ambitieuze projecten te financieren, waardoor de Bank of England gedwongen zou worden om de tarieven te verhogen om de inflatie te bestrijden. Anticipatie hierop zou waarschijnlijk leiden tot een verkoop van Britse Gilts, waardoor de rendementen oplopen, hoewel dit enigszins kan worden getemperd door de opluchting dat een no-deal Brexit van tafel is. Bezorgdheid over de duurzaamheid op lange termijn van de begrotingsplannen van een Corbynregering zou zeer waarschijnlijk het Britse pond voor een langere periode in toom houden, terwijl het vooruitzicht van nationalisatie tot aanzienlijke ontwrichting van de aandelenmarkten zou leiden, met name in de nutssector en de financiële sector.
Een door de Conservatieven geleide coalitieregering zou de markten temperen te midden van voortdurende onzekerheid. Opluchting dat Jeremy Corbyn geen Premier zal zijn en dat een no-deal Brexit onwaarschijnlijk blijft, zal de markten enigszins gerust stellen, hoewel dit weer teniet kan worden gedaan door de vrees dat de Brexit-impasse zich maandenlang kan voortslepen. Angsten over de vooruitzichten voor de Britse economie zullen de Britse staatsobligaties waarschijnlijk op hun plek houden houden, terwijl het Britse pond in toom zal worden gehouden. Hoewel de Britse aandelen goedkoop zullen blijven, is een duurzame opleving onwaarschijnlijk zolang duidelijkheid over Brexit uitblijft.
Gezien de onvoorspelbaarheid van deze verkiezing is er grote kans dat opiniepeilingen tussen nu en 12 december alle kanten kunnen opgaan. Het feit dat meer dan 50 huidige parlementsleden zich niet herverkiesbaar stellen, in combinatie met de waarschijnlijkheid van een wijdverbreide tactische stemming, verhoogt de kans op verrassingsresultaten in sommige kiesdistricten. Onpopulaire beleidsverklaringen, gênante persoonlijke onthullingen en slechte media-optredens van hooggeplaatste personen uit de partijen kunnen de verkiezingen aanzienlijk beïnvloeden.