De beer in je zelf

Niemand weet of het ergste achter de rug is op financiële markten. Maar wat weten we wel? Er zijn optimistische voorspellers die zien dat de AEX belangrijke steunniveaus (waar die zich ook mogen bevinden) niet doorbreekt. Andere putten hoop uit het geringe aantal lichtpuntjes dat zich voordoet: een wat hogere koperprijs, een kleine herstelrally bij high yield obligaties, relatief goede prestaties van cyclische sectoren als technologie en banken die operationele winsten maken.

Engelands bekendste belegger Anthony Bolton vertelde vorige week dat hij weer voluit durft te beleggen, maar moest tegelijkertijd schoorvoetend toegeven dat hij met dezelfde voorspelling vorig jaar september wel wat aan de vroege kant was.

Voor wie zijn ogen niet in de zak heeft, zal het eenvoudiger zijn om pessimistisch te zijn. De industriële productie is sterk teruggevallen, handelsstatistieken uit China zijn verschrikkelijk en de werkloosheid loopt op. Het financiële systeem wordt door de overheden in stand gehouden terwijl dezelfde overheid de markt niet kan overtuigen met stimuleringsmaatregelen. Ook de spectaculaire renteverlagingen hebben de kredietverlening nog niet op gang kunnen helpen.

Fed-voorzitter Bernanke verwacht begin volgend jaar herstel (met de nodige mitsen!), en hij behoort daarmee tot de optimisten. De belegger die geen sjoege heeft van economie, moet het onderwerp “aandelen” maar eens aansnijden op een visite om er achter te komen dat het beleggingssentiment zeer slecht is.

We maken ons op voor het vervolg van de ernstige en lange economische crisis. Wie zijn motivatie om (nog) te beleggen uit economische kengetallen, leiderschap van politic of de gang van zaken bij banken en het bedrijfsleven zal moeten halen, staat met lege handen. Beleggers zullen de beer in zich zelf moeten verslaan willen ze weer met overtuiging kunnen beleggen. Dat is niet makkelijk, de beer houdt u uit uw slaap, is agressief en bromt. “Zie je nu wel dat beleggen niets voor je is en niks dan ellende oplevert!

Ik denk dat er twee motiverende redenen zijn om toch te blijven beleggen of zelfs uw posities (voorzichtig) uit te breiden. De eerste motivatie komt voort uit langetermijnrendementen voor aandelen. We weten dat aandelen gemiddeld genomen 8, 9 of 10% rendement laten zien per jaar als we meer dan 100 jaar terug kijken.

We weten ook dat het altijd zo geweest is dat als marktrendementen daar ver boven kwamen er een correctie volgde. Evenzo leren de statistieken ons dat afwijkingen naar onderen toe ook weer gecorrigeerd werden, ook al kan het soms lang duren. We weten niet of de markt over een half jaar hoger of lager staat, we verwachten wel dat we over tien jaar hoger staan dan nu.

De tweede motivatie is gelegen in de huidige waarderingen van de markten. We kunnen nu bedrijven kopen tegen zes of zeven keer de winst en de generatie beleggers die na ons komt, zal over tien of twintig jaar verzuchten dat ze het graag hadden meegemaakt. Natuurlijk kunnen koerswinstverhoudingen in de toekomst hoger worden als winsten maar genoeg dalen. Natuurlijk kunnen waarderingen nog lager worden door dalende koersen. Ondanks deze complicaties is het evident dat aandelen momenteel “laag staan”.

Het zijn moeilijke tijden voor beleggers omdat ze het tegen zichzelf op moeten nemen. De gedisciplineerde John Templeton zou een zeer gespreide portefeuille kopen van allerlei laag gewaardeerde aandelen zonder er zich te veel om te bekommeren of er faillissementen of nationalisaties zouden volgen in individuele gevallen. Modieus is het niet, maar er zijn redenen om te beleggen in aandelen.

Freddy van Mulligen is hoofd research van Morningstar Nederland. Hij waardeert uw commentaar, maar kan geen specifieke adviezen over fondsen of portefeuilles geven. Auteurs kunt u bereiken via de Analisten feedback.