Steeds vaker opereren de BRIC-landen (Brazilië, Rusland, India en China) als een blok. Dat is niet zozeer een bewuste keuze, maar vloeit vaak voort uit gedeelde belangen. Een voorbeeld is Kopenhagen waar de Amerikaanse president tot ieders verrassing niet alleen China tegenover zich kreeg, maar ook de overige BRIC-landen die hun economische groei beperkt zagen.
Nu de ministers en premiers van de BRIC echter steeds vaker bijeenkomen op separate toppen (waar Europa en de VS schitteren door afwezigheid), vragen analisten zich af in hoeverre de BRIC-landen een eigen momentum aan het ontwikkelen zijn. De economische groei van de BRIC-landen blijft niet alleen stijgen, ook tijdens de crisis, en BRIC-landen richten zich steeds meer de export, ook de onderlinge handel tussen de BRIC-landen wordt almaar inniger. De BRIC-landen zullen in toenemende mate de internationale economische en politieke spelregels gaan bepalen.
Het meest evidente bewijs hiervoor is hun beschikking over buitenlands kapitaal - zo`n 40% van de wereldvoorraad aan geldreserves is in het bezit van de BRIC-landen. Als de BRIC-landen een zesde van hun reserves opzij zouden zetten, dan zouden ze een orgaan met de omvang van het IMF in het leven kunnen roepen.